Jan wou altijd al kinderen. Maar het leven liep anders. Hij vertelt over zijn onvervulde kinderwens.
“Op mijn 26ste wist ik heel zeker dat ik kinderen wou. Dat gevoel is sindsdien niet meer weggegaan. ondertussen ben ik 54. Ik ga ervan uit dat het niet meer zal gebeuren en officieel heb ik daar vrede mee. Dat is iets anders dan het definitief uitsluiten. Sommige dagen blijft het moeilijk, andere dagen gaat het goed. Bij het begin van de zomer werd er onder collega’s veel over de rapporten van de kinderen gepraat. Dat zijn zaken die een tijd blijven hangen.”
“Soms word ik met de neus op de feiten gedrukt. 20 jaar geleden kreeg ik kanker. Voor de start van de behandeling werd mijn zaad ingevroren. Om de paar jaar krijg ik een brief van het ziekenhuis met de vraag of dit bewaard moet worden. Het is elke keer een confrontatie en een moeilijke vraag. Waarom zou ik hier nog voor betalen? Maar ik doe het telkens opnieuw, anders is het echt voorbij.”
Ik heb het ouderschap altijd gezien als iets allesomvattends. Iets van een grote intensiteit, die ik niet ervaar. Ik heb andere dingen die waardevol zijn, maar het is toch anders. Is dat een tekort in mijn leven? Het is vooral een verdriet. Niet meer, maar zeker ook niet minder.
Geen taboe
“De vraag of iemand kinderen heeft, wordt vaak gesteld. Mijn antwoord is standaard “Nee, jammer genoeg niet”. Daarmee geef ik aan dat ik er gerust over wil praten, het is geen taboe voor mij. Al wordt er zelden verder op ingegaan. Ik ben oprecht geïnteresseerd in de kinderen van mensen uit mijn omgeving. Maar het gebeurt bijna nooit dat iemand aan mij vraagt hoe het nu eigenlijk is om geen kinderen te hebben. Ofwel duurt de interesse een halve minuut, ofwel begint men terug over de eigen kinderen te praten, ofwel krijg ik allerlei goede raad. Mensen vertellen bijvoorbeeld soms dat ik blij moet zijn dat ik geen kinderen heb. Dat zijn gevoelloze opmerkingen.”
“De fasen in je leven zijn verbonden met de leeftijd van je kinderen. Zij bepalen het ritme van je dag, je week, je jaar. Dat betekent dat je daar tot op zeker hoogte niet over moet nadenken. Als je geen kinderen hebt, moet je heel die weg zelf invullen. Dat is niet altijd gemakkelijk. Al is het ook de vrijheid van geen kinderen hebben.”
Dochter Julia
“In mijn hoofd heb ik een ingebeelde dochter. Ze heet Julia, naar mijn grootmoeder. Als ik een kind had, zou ik ze in de armen van mijn grootmoeder gelegd hebben en dan was de cirkel rond. Dat idee gaf me altijd een veilig gevoel. Dat is ook wat ik mis, onderdeel zijn van een natuurlijk ritme. Je komt ergens vandaan en wat je hebt gaat ergens naartoe. Ik heb het ouderschap altijd gezien als iets allesomvattends. Iets van een grote intensiteit, die ik niet ervaar. Ik heb andere dingen die waardevol zijn, maar het is toch anders. Is dat een tekort in mijn leven? Het is vooral een verdriet. Niet meer, maar zeker ook niet minder.”
Reactie toevoegen