Blog - lockdown met kleine kindjes
Onze dochter is drie jaar oud en gaat sinds september 2019 naar school. Echt veel dingen deelt ze nog niet over haar schooldagen, maar we hebben wel het gevoel dat ze het leuk vindt. En zoals het cliché zegt: ze veranderen zoveel eens ze naar school gaan. Waarheid als een koe.
Drie jaar is nog klein om te snappen wat het Corona-virus betekent. We proberen haar uit te leggen dat ze even niet meer naar school kan omdat er overal ‘zieke beestjes’ rondvliegen. “Ik ga op die beestjes stampen met mijn botten mama!”, zegt ze dan met een overtuigende blik. “Dan zijn ze weg!”. Oh, was dat maar mogelijk… Daarna speelt ze weer vrolijk verder. Ze trekt zich er weinig van aan, van de quarantaine. Wat een zalige tijd voor haar: geen wekkers, geen ochtendrush en de ganse dag aandacht van mama en/of papa. Ik merk dat ze rustiger is dan voorheen. Ik vermoed dat de dagelijkse rush voor onrust zorgt bij haar en dat dat er thuis op één of andere manier uit moet. Iets om bij stil te staan en over na te denken. Ik wil die rust bewaken en bewaren eens we ons ‘normale’ leven terug hebben. Niet alleen voor haar maar ook voor mezelf. Want hoe bizar deze periode ook is, toch heeft het ook iets magisch, iets uitzonderlijks. Ik geniet plots zoveel meer van kleine dingen: de zonsondergang ’s avonds, de fluitende vogels in de tuin, samen dansen wanneer ons lievelingsliedje op de radio komt, … De lege agenda doet ons verplicht stilstaan. Het doet soms deugd, om niet van hot naar her te moeten hollen. Nog iets dat ik meeneem als alles terug normaliseert.
We hebben natuurlijk ook enkele geluksfactoren die in ons voordeel spelen de afgelopen weken: stralend weer, een grote tuin en een zeer rustig, geduldig en begripvol lief. Thank God! Hij maakt deze periode zoveel eenvoudiger, door gewoon zijn rustige zelve te zijn. Af en toe probeer ik door dát virus besmet te raken, de ene keer al met wat meer succes dan de andere keer.
Week vijf van de quarantaine loopt ook wat vlotter dan de vorige omdat we beiden verlof hebben. Dat was al gepland van vóór deze hectiek maar ik heb toch even getwijfeld om het in te trekken. ‘Ik werk nu toch van thuis uit, moet ik daar dan wel verlof aan spenderen?’, dacht ik. ’t Was mijn lief die resoluut ‘ja!’ zei. En dat was de enige juiste beslissing. Deze week voelt zoveel comfortabeler aan. Meer rust in mijn huis, meer rust in mijn hoofd, meer tijd voor elkaar. Want eerlijk, de balans was net goed zoals hij was voor Corona: mijn lief werkt in een ploegensysteem, ik werk 3 dagen per week en op mijn vrije dagen is onze dochter op school. Zo heb ik tijd en ruimte om het huishouden op orde te krijgen en nog wat tijd voor mezelf. Sinds de quarantaine werk ik nog steeds die drie dagen per week, wel van thuis uit weliswaar, is mijn dochter 24/24 thuis en heb ik het grote geluk dat mijn lief (voorlopig) nog maar enkele dagen moest werken, op één dag na telkens op mijn vrije dagen. De dagen dat ik dus moet telewerken kan hij zich met onze dochter bezig houden waardoor ik mij kan concentreren op mijn job. Met de nodige kinderlijke intermezzo’s uiteraard, tijdens een videocall met mijn lieve collega’s. Maar ook dat proberen we positief om te buigen: “We leren elkaars kindjes zo toch ook een beetje kennen he!, zei mijn collega. Wat ben ik gezegend met die twee fantastische co-workers. Uren hebben we al overlegd via video, omdat er zoveel noodzakelijk dingen moeten besproken worden, en zo bewaren we gelukkig het contact.
In week drie had ik het even lastig. Niets leek nog te lopen zoals voorheen en ik was mijn structuur kwijt. Mijn lief moest (uitzonderlijk) werken op mijn telewerkmoment waardoor ik beneden in de woonkamer werkte. Onze dochter zat voor tv (dat kan ze uren aan een stuk), dus in kon in principe wel door werken, maar het schuldgevoel knaagde toch aan mij. “Mama, gaan we spelen?”, “Ja schat, ik ga zo dadelijk met jou spelen, eerst nog even iets afwerken.”, om vervolgens nog een uur door te doen. Uiteraard om het kwartier een herhaling van haar vraag, waardoor ik steeds meer op een snauwende manier reageerde. Ik nam uit schuldgevoel een lange middagpauze en ging met haar wandelen en fietsen. In mijn achterhoofd het andere schuldgevoel stemmetje ‘Er ligt nog veel werk op je te wachten!’, waardoor ik niet honderd procent kon genieten van de tijd met haar. En dan is er nog dat huishoudelijk stemmetje. Want sinds Corona komt ook de poetsvrouw niet meer langs dus komt ook die taak (die ik absoluut niét tof vind) er bovenop. Bovendien zag het huis er hier na enkele weken quarantaine uit als een ontplofte crèche met o-ve-ral speelgoed en knutselgerei. Hoe begin je dat in godsnaam te poetsen? Omdat ik mijn structuur en rustmomenten kwijt ben (lees: op mijn vrije dagen is de dochter normaal gesproken op school en krijg ik dus iets gedaan) puilen ook de wasmanden uit. De momenten dat ik nu niet moet werken ben ik bezig met onze dochter, de tafel afruimen, de vaatwas vullen en legen en stofzuigen. Veel tijd voor andere zaken is er dus niet meer. Dat verlof aan het begin van week vijf is dus héél welkom. En op dag één van dat verlof wordt de woonkamer-bom reeds ontmanteld wat voor veel rust zorgt in mijn hoofd. Nadien krijgen ook nog een aantal andere ruimtes in het huis een opruimbeurt.
Het einde van mijn verlofperiode is in zicht: over drie dagen zit ik terug achter mijn werkcomputer. Ik onthou vooral dat als ik de dingen niet laat opstapelen (speelgoed in de living, vuile vaat in de gootsteen, te veel was in de wasmanden), dit meer rust geeft in mijn hoofd. Dat ik echt kan genieten van honderd procent met onze dochter bezig te zijn, al is dat maar een half uurtje, en er daarna weer tegen aan kan. En ook het ontdekken van de spotify-playlist ‘Cleaning motivation’: zalige deuntjes in mijn koptelefoon waardoor het opruimen zelfs een ‘moment-voor-mezelf’ wordt. Sorry aan man en dochter voor het mee-gekweel.
Ik hoop dat ik de rust die ik deze week ervaarde kan bewaren in de komende werkweken. Maar ik hoop vooral dat we gezond blijven en dat dat vuile beestje ons niet te pakken krijgt. En ik ben dankbaar. Heel dankbaar. Voor de rust van mijn lief, voor onze grote tuin, voor ons mooi dorp waarin we nu uren wandelen, voor de extra tijd met elkaar. Ik probeer deze bizarre periode toch positief in mijn herinneringen-doosje te stoppen. Want zoiets uitzonderlijks gaan we – hopelijk? – niet snel opnieuw meemaken.
Ellen Vermote
Reactie toevoegen